naar inhoudsopgaveErfelijkheidsleer

vorige <span class=i>I</span> I 4 - mengen ... volgende <span class=i>I</span>


Laten we eens gaan kijken wat er gebeurt als het verven met een bepaalde kleur genetisch zou zijn bepaald. En dan doen we net alsof iedereen altijd 2 potjes verf heeft, en voordat er inderdaad iets geverfd gaat worden, wordt er uit alle twee de potjes iets in een kommetje gegoten, gemengd, en uit dat kommetje wordt dan geverfd. Het zijn wel speciale potjes: als je er eenmaal eentje hebt, kom je er ook nooit vanaf. Je hebt er altijd wel eentje waar verf in zit, en je kunt er ook net zoveel weggeven als je wilt, terwijl je toch zelf potjes overhoudt .

Vind je het moeilijk om je allerlei dingen voor te stellen? Dan is het misschien handig als je van die ouderwetse fiches van kinderspelletjes hebt: die zou je erbij kunnen halen, en dan steeds 2 bij elkaar leggen voor Pa en 2 voor Moe, en er mee gaan schuiven ... dat maakt het wellicht wat beter voorstelbaar. Je kunt natuurlijk ook stukjes karton (of papier) pakken, en daarop de kleur aangeven. Maar altijd hebben ‘Pa’, ‘Moe’, en ‘kind’ twee fiches of stukjes karton: dat stelt een verfpotje voor. De combinatie bepaalt welke kleur er in het verfkommetje komt, waarmee geverfd wordt: als je dus een gele fiche hebt en je hebt een blauwe fiche, dan wordt er met 'groen' geverfd!

Gesteld dat je een Moe hebt die met geel verft, en een Pa die ook met geel verft. Als die een kind krijgen dat wil gaan verven, zal Moe het kind een potje gele verf geven, en Pa geeft het kind een potje gele verf, en het kind gaat ook met geel verven, net zoals Pa, en net zoals Moe dat doen. Gesteld dat je een Moe hebt die met blauw verft, en een Pa die ook met blauw verft. Als die een kind krijgen dat wil gaan verven, zal Moe het kind een potje blauwe verf geven, en Pa geeft het kind een potje blauwe verf, en het kind gaat ook met blauw verven, net zoals Pa, en net zoals Moe dat doen.
Gesteld dat je een Moe hebt die met geel verft, en een Pa die met blauw verft. Als die een kind krijgen dat wil gaan verven, zal Moe het kind een potje gele verf geven, en Pa geeft het kind een potje blauwe verf, en het kind gaat met groen verven: en dat lijkt helemaal niet op de kleur waar Moe mee verft , en het lijkt helemaal niet op de kleur waar Pa mee verft .

Nou - eenvoudig he? En dat is hetzelfde wat je krijgt als je een kat ZONDER wit kruist met een kat met VEEL wit - zoals een Van (NIET met een helemaal witte kat, dat is een ander verhaal. Wellicht denk je: vachtkleur is toch vachtkleur, maar dat denken die katteharen niet, en die bepalen de kleur ). Maar als je een kat zonder wit kruist met een kat zonder wit, krijgen die kittens zonder wit. Een kat met veel wit gekruist met een kat met veel wit geeft kittens met veel wit, en tenslotte, als je een kat met veel wit kruist met een kat zonder wit ... dan krijg je kittens met wat wit - niet zoveel als de ene ouder, maar meer dan de andere ouder: de kittens hebben een hoeveelheid wit die ergens tussen de hoeveelheden wit van beide ouders in ligt!

Nou, eenvoudig zat. Tijd om het nog wat systematischer aan te pakken, zodat we er klaar voor zijn als het moeilijk gaat worden. En systematiek, net zoals eigenlijk alles, kun je het beste oefenen op iets eenvoudigs. Dat doen we dus in I 5 - Damborden (Punett squares).