naar inhoudsopgave Erfelijkheidsleer

vorige <span class=i>W</span> W 13 - Tussen theorie en praktijk volgende <span class=i>W</span>

Nou, we begonnen met het voorbeeld van een appeltaart, en op hoeveel manieren dat mis kon gaan. We hebben gezien dat 'kleur' ook op een heleboel manieren mis kan gaan!

Eerder hebben we al gezien dat we niet enkel rood en zwart, maar ook crème en blauw, en zelfs chocolate en fawn en lilac en cinnamon hebben! Eigenlijk ook al manieren waarop 'zwart' is misgegaan - maar in ieder geval zijn dan de haren nog allemaal even gekleurd.

Maar naast de B en de O, hebben we nu kennis gemaakt met W en S en C en I. Behalve de twee hoofdgenen B en O, nog 4 genen! Zijn die allemaal enkel voor kleur, denk je?

We zijn begonnen met een voorbeeld van een appeltaart, en op hoeveel manieren die mis kan gaan, om er een paar te herhalen:

Maar, als de oven te koud is, dan zullen andere ovenschotels ook niet lukken! En als de melk bedorven is, zijn de pannekoeken ook niet te eten. En te lang gebakken aardappelen zijn ook niet lekker!

En daarmee wil ik alleen maar zeggen: wellicht is het enige effect van een bepaald allel dat je ziet enkel een verandering in de kleur, denk niet dat dat dan ook het enige effect is dat dat allel heeft! Zoals eerder gezegd: Een gen is als een ijsberg: we zien alleen het topje van de effecten, maar wat we niet zien ... kan wel eens veel belangrijker zijn!
   En ik zal het vaker zeggen!
De natuur heeft niet I gemaakt omdat wij mensen dat zilveren effect zo mooi vinden. Dat is niet het doel van I, dat is een zij-effect! Wat is wel het doel van het inhibitor gen, waar dit allel I deze mooie bijwerking heeft? Ik weet het niet! Ik hoop dat het niet iets is waardoor I iets doet dat, behalve mooi aan de buitenkant, slecht of pijnlijk is aan de binnenkant!

Tijd voor wat lol: we hebben weer een W 14 - Speeltuin!