Hieronder staan een hoop plaatjes. Voor de afwisseling heb ik de katten soms ook wat wit gegeven, maar daar gaat het nu (nog) niet over. Ook de oogkleur verschilt, maar daar gaat het ook niet over: kijk enkel naar de kleur blauw dan wel zwart, van de grote katten / ouders, en van de kittens. En dan kijken wat allemaal kan, of juist niet!

Nestje A Kan dit?             Ja                         Nee	Nestje B Kan dit?             Ja                         Nee
Nestje C Kan dit?             Ja                         Nee	Nestje D Kan dit?             Ja                         Nee
Nestje E Kan dit?             Ja                         Nee	Nestje F Kan dit?             Ja                         Nee
Nestje G Kan dit?             Ja                         Nee	Nou, dit waren de eerste spelletjes, allemaal binnen 1 nest. Maar, fokken is meer dan 1 nestje!
Je wilt een blauw katje fokken, en kunt een katje kopen uit verschillende nesten, zoals ze hierboven staan. Blauwe katjes zelf zijn al weg, en je kunt dus kiezen uit de zwarte katjes uit nestjes A, B, D, E, F, en G. Welk katje kies je? Nestje A    Nestje B    Nestje D    Nestje E    Nestje F    Nestje G	Je wilt een blauw katje fokken, en kunt een katje kopen uit 2 verschillende nesten, maar allebei zijn het nestjes van een zwarte poes X een zwarte kater (zoals nestjes A en B hierboven), en er zat geen blauw katje bij. Maar, van één nestje weet je dat vader een blauw broertje heeft, en van het andere nestje weet je dat een opa van de kittens blauw is. Welk katje kies je? Een katje met een blauwe oom Een katje met een blauwe opa

Dat was het voor de inleiding! Je weet nu over allelen, en dominant en recessief, over vererving. Onderschat jezelf niet - je weet best wel veel! In het volgende hoofdstuk gaan we verder, met rood en wit en points en chocolade en mackerel en classic. Dan zul je zien dat het toch allemaal veel van hetzelfde is. Soms met een leuke verrassing erbij.